Ambtelijke toets Ruimtelijke Kwaliteit
Door een wetswijziging is het college van burgemeester en wethouders niet langer verplicht voor elk bouwplan advies te vragen aan een onafhankelijke commissie.
Het voorheen verplichte advies over ruimtelijke kwaliteit (voorheen welstandsadvies) door een onafhankelijk adviesteam kan ook vervangen worden door een ambtelijke toets. Met het vaststellen van de nieuwe welstandsnota, de Nota Ruimtelijke Kwaliteit 2016, heeft Middelburg gekozen om een deel van de plannen door ambtenaren te laten toetsen.
Er zijn afspraken gemaakt over welke aanvragen ambtelijk worden getoetst en welke aanvragen aan het Adviesteam Ruimtelijke Kwaliteit (ARK) worden voorgelegd. Deze afspraken zijn vastgelegd in een protocol.
In hoofdstuk 7, criteria voor de sneltoets bij kleine bouwplannen, en hoofdstuk 8, flitstoets, van de Nota Ruimtelijke Kwaliteit 2016 zijn voor relatief eenvoudige ingrepen aan- of bij bestaande bebouwing concrete criteria opgenomen.
Deze criteria zijn niet per definitie dwingend, maar hebben vooral als doel aan aanvragers zoveel mogelijk zekerheid te geven over het verkrijgen van een positief advies op het gebied van ruimtelijke kwaliteit. Bouwplannen die deze standaardoplossingen volgen, zullen in de regel snel afgehandeld kunnen worden. Het toetsen aan genoemde criteria wordt uitgevoerd door onze ambtenaren. In het Protocol Ambtelijke toets Ruimtelijke Kwaliteit is vastgelegd welk type plannen wel, en welke niet, ambtelijk worden getoetst.
Indien bij de toets blijkt dat een plan niet op de meer concrete flits- en sneltoetscriteria is gebaseerd, wordt dit plan alsnog voorgelegd aan het ARK. Dit gebeurt ook als wordt geconcludeerd dat een beoordeling door het ARK zinvol en/of gewenst is. Het ARK kijkt bij haar beoordeling ook naar specifieke pand- en locatiegebonden aspecten.
Het kan bijvoorbeeld dat een bestemmingsplan meer bouwmogelijkheden biedt dan de flits- en sneltoetscriteria aangeven. Bij haar beoordeling betrekt het ARK ook, de meer relatieve, vaste en gebiedscriteria uit de Nota Ruimtelijke Kwaliteit 2016. Dit betekent dat niet alleen het bouwwerk op zichzelf wordt beoordeeld (architectonische kwaliteit), maar ook aandacht wordt geschonken aan de relatie met de omgeving. Dit kan alsnog een positief advies opleveren, ondanks het feit dat de aanvraag niet of niet volledig voldoet aan de flits- en sneltoetscriteria.
Ook aanvragen voor gevelreclame worden in de meeste gevallen ambtelijk getoetst. Hiervoor zijn concrete criteria opgenomen in bijlage 7, Reclamebeleid, van de Nota Ruimtelijke Kwaliteit 2016.
Voor bouwplannen en aanvragen voor gevelreclame bij monumenten zal, door de meer specifieke kenmerken van dergelijke panden, vaker advies worden gevraagd aan het ARK.